REFLECTIE

(door Frans Duister, kunsthistoricus, Amsterdam)

 

Het schilderkunstig formuleren en groeperen van gedachten en emoties in plastische composities, is in handen van Peter Harskamp telkens een vorm van een bekentenis omdat hij hiermee zijn verhouding tot het leven zichtbaar maakt. Hij gaat zeer consequent te werk. De zogenaamde scheidingswand tussen figuratie en abstractie wordt hier feitelijk opgeheven. Want in zijn optie bestaat het verschil in wezen niet en als het zou worden aangepraat dan is het door zijn opvatting van de schilderkunst bewijsbaar dat zo'n wand een kunstmatige is.

 

Peter Harskamp is geen realist in de bekende zin van het woord. Hij tracht niet de afstand tussen kunst en natuur te verkleinen. De eerste stappen die men in de kunst kan zetten, zo heeft men lange tijd gedacht, is het imiteren van de natuur. Dat is eigenlijk een weeffout in het denken over het wezen van de kunst. Een kunstenaar als Harskamp werkt vanuit de kunst. Dat wat om antwoord vraagt wil hij zichtbaar maken. Bij Peter Harskamp zijn de herkenbare elementen zo heel en hevig aanwezig dat je er iets nieuws in zichtbaar ziet worden. Wie hem hoort praten over zijn werk, luistert naar goed nieuws. Er is sprake van een "uitzuiveren" van bijkomstigheden en het vermijden van veelvormigheid.

Er is niet te zien wat wij denken dat er te zien is.

 

De ruimte die Peter Harskamp voor zijn monumentale beeldtaal schept is er een die nergens naar verwijst, zodat de gevaren van de anekdotiek geen kans krijgen. De eenvoud van de composities is in feite een samenballing van een universeel menselijk gevoel voor aardsheid, schoonheid, evenwicht, stilte, vrijheid en vertedering. Wat anderen niet durven te dromen, zet hij in een zelfgemaakte beeldtaal ons ter overweging voor. Naar aanleiding van een wereld die binnen handbereik ligt, gefilterd uit de directe omgeving, met waarnemingen die als kleine geschiedenissen van het leven grote betekenis hebben. In elk van zijn schilderijen is dat gevoel terug te vinden. Het dient zich telkens aan, op die specifieke en onnavolgbare manier van zeggen, die hij zich eigen heeft gemaakt. Hij regisseert elk schilderij zorgvuldig. Een wemeling van nuances in de kleur verkleinen de monumentaliteit niet, maar verbijzonderen haar juist. 

 

Waar zijn werk wordt getoond vormt zich als vanzelf een plek van menselijke genoegens en ontwapenend hechten aan het leven. Er spreekt een onbestemdheid uit, een alomtegenwoordigheid, een aansprekelijke plasticiteit en een eenheid van ruimtelijkheid en tijd. En mocht dit genre ooit besmet zijn geraakt door ketters, dan heeft Peter Harskamp door zijn vrije spel van mogelijkheden ("de menselijke geest werkt individueel als een zeef. Dat wat men waardevol vindt blijft hangen, het andere valt er doorheen") het bevrijd uit de hoek van het vooroordeel en het open en bloot weer in de openbaarheid gebracht.

Waar geen schoonheid is kan men haar scheppen.